Team LottoNL-Jumbo kiest voor focus in 2016

De wielrenners van de gecombineerde wieler- en schaatsploeg Team LottoNL-Jumbo zijn vandaag voorgesteld aan de pers. Met de 27 wielrenners wordt de focus op de sprinttrein en de klassementstrein gelegd. De samenwerking met de schaatsploeg van het team blijft bovendien interessante kennis en commerciële kansen opleveren.
 
“Vanaf onze teambuilding bij de Landmacht in november zijn we bezig met de uitvoering van onze 2018-visie”, begint algemeen directeur Richard Plugge zijn terugblik op de trainingswinter van Team LottoNL-Jumbo. “We hebben daar het volledige team bijeen gehad en opnieuw een hechte ploeg gesmeed. Daarnaast heeft het nieuws van onze sponsoren dat we onze visie tot en met 2018 kunnen uitvoeren ervoor gezorgd dat de sfeer in de groep uitstekend is.”
 
Naar eigen zeggen is het niveau van de ploeg omhoog gebracht en de aanpak van het team veranderd. En er zijn duidelijke keuzes gemaakt. “We gaan ons meer focussen, op de sprinttrein en de klassementstrein om precies te zijn. We hebben met Moreno Hofland, Dylan Groenewegen en Tom Van Asbroeck drie goede sprinters. Het is de taak van de ploeg om hen op het juiste moment in stelling te brengen, dan kunnen zij voor zeges zorgen.”
 
Focus
“De tweede trein waarop we focussen, is de klassementstrein”, vervolgt Plugge. Hij heeft 2018 als stip op de horizon staan, een jaar waarin de treintjes tot volle wasdom moeten komen. “We hebben pionnen nodig die in de bergen langdurig onze kopmannen kunnen bijstaan. Die hadden we al, maar niet voldoende. Met bijvoorbeeld Primoz Roglic en Enrico Battaglin hebben we daarvoor versterking binnengehaald. Verder leiden we met zicht op de lange termijn visie jonge talenten als Koen Bouwman en Alexey Vermeulen op. Het tijdrijden is onderdeel van dat klassementstraject, waarmee we vorig seizoen grote stappen hebben gezet. We blijven dat ontwikkelen en innoveren, aangezien de tijdrit een belangrijke factor is in de klassementen.”
 
De sprinttrein speelt ook een rol tijdens de voorjaarsklassiekers. “We hebben met Sep Vanmarcke één van de wereldtoppers in kasseienklassiekers in onze ploeg. Mike Teunissen en Tom Van Asbroeck zijn de troefkaarten voor die disciplines”, verklaart Plugge. “We gebruiken onze sprinttrein om de klassieke toppers in stelling te brengen. Wij hebben dit jaar een sterkere ploeg in de klassiekers. Jos van Emden, Robert Wagner, Tom Leezer, Maarten Wynants en Maarten Tjallingii hebben al op World Tour-niveau bewezen dat ze daar goed in zijn. Al met al zijn we vooral in de breedte een stuk sterker geworden.”
 
“Ook de samenwerking met de schaatsploeg ontwikkelt zich goed”, benadrukt Plugge. “We doen steeds meer samen. De trainers hebben onderling veel overleg en ook op commercieel gebied delen de ploegen veel. De teams vergroeien steeds meer met elkaar. We kijken bijvoorbeeld samen naar mogelijkheden op gebied van aërodynamica, naar het meten van spierspanning en leren van elkaar op gebied van voeding en het gebruik van voedingssupplementen. Daarbij is Sven Kramer deze maand met ons mee op trainingskamp.”

Kramer mee met wielrenners
Jac Orie, als trainer en directeur verantwoordelijk voor het schaatsteam van Team LottoNL-Jumbo, beaamt dat de kennissessies die de coaches met elkaar hebben, sterk ontwikkelen. “We vinden elkaar steeds beter en makkelijker”, verklaart hij. Dat Sven met de wielerploeg mee op trainingskamp gaat, is daar inderdaad een mooi voorbeeld van. In het trainingsprogramma van Sven staat dat hij nog een blok met duurtraining moet doen. Daardoor is het trainingskamp van het wielerteam een mooie kans voor hem. Wij hebben het trainingsprogramma van de wielrenners in die week gezien en de planning van Sven ernaast gelegd. Vervolgens hebben we daar een aantal trainingen uitgepikt die ze goed samen kunnen doen.”

Nico Verhoeven
Al met al kan Nico Verhoeven, technisch directeur van Team LottoNL-Jumbo, met vertrouwen uitkijken naar het wielerseizoen 2016. “De meeste wedstrijden win je in de sprint”, geeft hij aan. “In het verleden hebben wij met Theo Bos in de ploeg ervaring opgedaan met het vormen van een sprinttrein. Daar gaan we nu onze focus ook meer op leggen. We hebben met Moreno Hofland een hele goede sprinter in huis en daar hebben we Dylan Groenewegen bij gekregen. Tom Van Asbroeck is zoals gezegd een derde troef. Deze mannen moeten ons ritzeges bezorgen en dat kan alleen als de hele ploeg daarop is voorbereid. Wij gaan dan ook veel wedstrijden op die manier aan de start staan.”

“Dat we dit jaar ook over een ‘klassementstrein’ spreken, wil zeggen dat we ook tijdens bergetappes met een duidelijkere taakverdeling gaan werken. Als Gesink ergens de kopman is, heeft hij iemand nodig die tot het laatste moment bij hem in de buurt blijft. Voordat zij nog met zijn tweeën over zijn, heeft iedereen in de ploeg een duidelijke taak. In die spreekwoordelijke trein moet iedereen weten wat van hem verwacht wordt. Met oog op dat principe hebben we Primoz Roglic aangetrokken. Hij pas perfect in die filosofie en kan van grote meerwaarde zijn.”

“In de voorjaarsklassiekers hebben wij hele duidelijke doelen. Voordat Sep Vanmarcke bij onze ploeg kwam, hadden we rondom Lars Boom al een goed team staan. Een aantal renners van die tijd, zit nu nog bij de ploeg. Sep is nu onze absolute kopman en de andere jongens weten wat ze moeten doen. Wij willen dit jaar een klassieker winnen en in de monumenten Milaan-San Remo, Ronde van Vlaanderen en Parijs-Roubaix mikken we tenminste op podiumplaatsen. De lat mag hoog gelegd worden en dat doet Sep ook voor zichzelf. Daarnaast gaan we in alle etappekoersen waarin kan worden gesprint voor ritwinst met Moreno en Dylan en verder willen we in de World Tour scoren met Steven Kruijswijk, Wilco Kelderman en Robert Gesink. Vorig jaar behaalden we twee top-10 plaatsen in grote rondes. Dit jaar willen we in elke grote ronde meedoen in de strijd om de plaatsen 3 tot en met 8.”

Robert Gesink
“Ik ben deze winter naar Spanje geëmigreerd. Ondanks die verhuizing heb ik een rustige winter gehad. Vanwege mijn vertrek naar Girona heeft de ploegleiding me wat meer ruimte gegeven in mijn trainingsprogramma dan normaal. Toch is alles erg goed verlopen. Ik probeer mijn eerste piek dit seizoen tijdens de Ronde van Catalonië, de Ronde van het Baskenland en de heuvelklassiekers te hebben. Daarna begint de voorbereiding op de Tour de France en de Olympische Spelen. Die wedstrijden zijn logischerwijs mijn hoofddoelen voor dit seizoen.”

Dylan Groenewegen
“Mijn eerste maanden bij Team LottoNL-Jumbo bevallen me zeer goed. De teambuilding bij het leger, was heel leuk. Ik kan met iedereen wel goed opschieten. Mijn seizoen begint op 3 februari in Valencia. Daarna rijd ik onder andere de Volta ao Algarve, de Driedaagse van West-Vlaanderen en Kuurne-Brussel-Kuurne. Ik wil dit seizoen meer wedstrijden winnen dan vorig jaar. Vijf of zes zeges is mijn doel. Verder hoop ik in de Vuelta a Espana mijn debuut in een grote ronde te maken.”

Sep Vanmarcke
“Ik ben eind november geopereerd aan mijn pols, maar het herstel daarvan is goed verlopen. Ik heb een prima voorbereiding gehad. In de aanloop naar aanstaand seizoen heb ik het iets rustiger aan gedaan. Mijn programma is iets gewijzigd en ik heb er alles aan gedaan om zo fris mogelijk aan de wedstrijden te beginnen die voor mij het belangrijkst zijn. Dat zijn als vanzelfsprekend de Vlaamse klassiekers en Parijs-Roubaix, maar ik ga dit jaar ook Milaan-San Remo en de Amstel Gold Race rijden. In Milaan-San Remo verwacht ik tot de finish met de besten mee te kunnen. Na het voorjaar zal ik in dienst van de klimmers of eventueel een sprinter de Tour de France rijden en in het najaar komt er ook weer een reeks mooie koersen aan. Met name de wedstrijden in Canada, de Eneco Tour en het WK in Qatar zijn speerpunten voor mij.”

Moreno Hofland
“Het Nederlands kampioenschap en de Tour de France zijn mijn belangrijkste doelen dit seizoen. Ik wil er graag meteen aan het begin van het seizoen staan, want dat werkt voor mij het best. De wedstrijden in Qatar en Oman, Omloop het Nieuwsblad, de Volta Limburg Classic, Tirreno-Adriatico en de Scheldeprijs zijn belangrijk voor mij. Daarna gaan we namelijk kijken of ik naar de Tour de France kan of dat ik de Vuelta a Espana ga rijden. Ik ben in ieder geval helemaal fit aan de voorbereiding begonnen. Ik had aan het einde van vorig seizoen last van een rugblessure, maar door op tijd rust te nemen en genoeg oefeningen te doen, is die blessure nu helemaal weg.”

Steven Kruijswijk
“Ik heb dit jaar twee doelen. De Giro d’Italia en de Vuelta a Espana. Ik heb er heel bewust voor gekozen om die twee grote rondes te combineren. Vorig jaar heb ik de Tour de France op een goed niveau gereden, maar was ik een stuk minder sterk dan ik in de Giro was. Dat vond ik jammer. De periode tussen die twee rondes in is net tekort. Ik wil graag op mijn best zijn als ik koers en het maximale eruit halen. Als je in twee grote rondes wilt pieken, moet je voor de Giro en de Vuelta kiezen. Ik heb inmiddels bewezen dat ik grote rondes goed aan kan en dit jaar wil ik er voor de eerste keer in mijn carrière ook twee in één jaar tot een goed resultaat brengen. Ik ga daarom ook in aanloop naar beide wedstrijden op hoogtestage. Dat neemt veel tijd in beslag en daarom kies ik dit seizoen voor een minder druk programma.”

Wilco Kelderman
“Ik was vorig seizoen te gretig en daarom ging het juist minder goed. Dat is de belangrijkste les geweest die ik heb meegenomen uit 2015. Ik rijd dit jaar van de heuvelklassiekers alleen de Waalse Pijl. Verder start ik in de eerste fase van het jaar in de Ruta del Sol, Parijs-Nice, de Ronde van Catalonië, de Ronde van Romandië, de Ronde van Zwitserland en de Tour de France. Die wedstrijden liggen me het best en daarom vind ik deze opbouw ook goed. Tussendoor ga ik twee keer op hoogtestage. Ik denk dat ik qua planning een flinke voorsprong heb ten opzichte van vorig seizoen. Ik heb meer fysieke training gedaan. De basis die ik deze winter gelegd heb, is erg breed.”

Gerelateerde updates