Talentvolle Wolff en Riedmann tonen zich in derde etappe Tour of Britain Women
Imogen Wolff en Linda Riedmann hebben zich van hun beste kant getoond in de derde etappe van de Tour of Britain Women. De twee jonge rensters reden de hele dag van voren, maar konden in de finale helaas niet meedoen om de zege. Cat Ferguson bleek uiteindelijk de snelste in de straten van Kelso.
In de derde etappe van de Tour of Britain Women, die vandaag voor de eerste keer in de geschiedenis naar Schotland trok, werd de koers direct hard gemaakt. Op de heuvelachtige wegen rondom Kelso werd het peloton al snel flink uitgedund, en de rensters van de geel-zwarte formatie wisten zich goed van voren te tonen.
Het bleef vervolgens lang rustig in het peloton, totdat er in de finale twee grote valpartijen plaatsvonden, waarbij Wolff bij de laatste betrokken was. De jonge Britse kon gelukkig snel weer aansluiten bij de voorste groep, waar ook Riedmann nog bij zat. Op de laatste beklimming van de dag wisten zes rensters uiteindelijk de slag te slaan; zij gingen strijden om de overwinning. In de achtervolgende groep sprintte Wolff naar een achtste plaats.
"We mogen niet vergeten dat ze nog maar negentien is"
“Ik ben heel erg tevreden over de dag van vandaag”, blikt ploegleider Robby Cobbaert terug. “De hele etappe hebben we ons goed van voren gepositioneerd en hebben we ons laten zien. Nadat Imogen samen met Margaux (Vigié) ten val kwam, zijn ze nog goed teruggekomen, maar het is jammer dat we op de slotklim uiteindelijk niet mee konden met de kopgroep die wegreed. Maar het team heeft vandaag heel goed gereden.”
Door de achtste plaats van Wolff is de jonge Britse opgeschoven naar de twaalfde plek in het algemeen klassement, iets wat haar ploegleider met veel plezier ziet. “Imogen ontwikkelt zich echt heel sterk. De eerste etappe was iets minder, maar hoe ze gisteren en vandaag reed, is echt knap. Vooral met de druk die op haar staat omdat ze rijdt in haar thuisland. Ze maakt echt een hele mooie ontwikkeling door, en we mogen niet vergeten dat ze nog maar negentien is.”