Team Jumbo-Visma Women klaar voor volgende stap
In drie jaar tijd is Team Jumbo-Visma Women uitgegroeid tot een vaste waarde in het vrouwenpeloton. De ploeg behaalde mooie successen, waaronder tweemaal etappewinst in de Giro, winst in twee etappes plus de groene trui in de Tour en de overwinning in de ploegentijdrit van de Vuelta, maar kende ook de nodige uitdagingen. Na drie jaar van vallen en opstaan is het team met een iets andere wind klaar voor de volgende stap.
Sporttechnisch manager Rutger Tijssen (49) zwaait nu een dik jaar de scepter over Team Jumbo-Visma Women. Ruim twintig jaar was de Amsterdammer werkzaam in de top van het mondiale schaatsen. “Wielrennen is een teamsport”, stipt hij een belangrijk verschil aan. “Om succesvol te kunnen zijn moeten we dus bouwen aan een sterk team”, stelt Tijssen. Daarbij trekt hij zich meer en meer op aan de grote broer, het succesvolle WT mannenteam. “We willen meer cohesie en kruisbestuiving tussen de verschillende ploegen van Team Jumbo-Visma tot stand brengen”, refereert hij tevens aan het opleidingsteam.
Er gaat daarom een andere wind waaien in de omkadering van het vrouwenteam. Tijssen krijgt als performance-coach gezelschap van Maarten van Kooij en uit eigen geledingen worden Jan Boven en Jos van Emden naar voren geschoven als race-coaches. Race en performance coaches Carmen Small en Lieselot Decroix vonden uitdagingen elders en ook van performance-coach Marieke van Wanroij wordt aan het einde van het seizoen afscheid genomen na drie jaar trouwe dienst.
"We zijn met ons vrouwenteam aan het bouwen. Dat is de voorbije jaren met ups en downs gegaan"
Volgens sportief directeur Merijn Zeeman is daarmee een ontbrekende schakel gevonden in de integratie tussen de verschillende wielerteams in zijn stal. “We zijn met ons vrouwenteam aan het bouwen. Dat is de voorbije jaren met ups en downs gegaan. Door op alle vlakken een nadrukkelijkere koppeling te maken tussen het vrouwenteam en de mannenteams verwachten we ons de komende jaren verder te ontwikkelen. Ik ben blij dat we ervaring, talent en leergierigheid in dit begeleidingsteam hebben weten samen te brengen en ik heb er dan ook vertrouwen in dat ook ons vrouwenteam de komende jaren steeds toonaangevender wordt.”
Dat vertrouwen betreft zeker ook de vernieuwde groep rensters, meent Tijssen, die in de rekrutering vooral oog had voor de balans in het team. “Ik denk dat we in het nieuwe jaar beschikken over een uitgebalanceerd team waarin we de kracht van alle rensters – en daarmee bedoel ik ook die van de ervaren kopvrouwen – optimaal kunnen benutten. Ieder van hen heeft haar eigen kwaliteiten en moet die in de komende jaren ten volle kunnen ontplooien en tonen.”
Ook in leeftijd en ervaring vormt de ploeg van Tijssen een evenwichtig geheel. “Met Marianne (Vos), Riejanne (Markus) en Anna (Henderson) hebben we drie goede kopvrouwen in huis. De andere rensters zijn minder ervaren, maar allen heel getalenteerd. De ploeg waarmee we in 2024 starten is in de breedte sterker geworden, ondanks het vertrek van Karlijn Swinkels, Noemi Ruëgg, Coryn Labecki, Teuntje Beekhuis en Kim Cadzow.”
"Er móet altijd groei zijn binnen een groep. Op alle fronten, zoals sporttechnisch als mentaal"
Mijntje Geurts en Margaux Vigie werden al aangekondigd als versterkingen. De nieuwste aanwinst van Tijssen luistert naar de naam Lieke Nooijen. De van oorsprong Brabantse renster geldt als sterke tijdrijdster. Nooijen verwacht zich bij haar nieuwe ploeg verder te ontwikkelen in die discipline. “Dat ik straks teamgenoot ben van de Nederlands kampioene tijdrijden (Riejanne Markus) is super. Ik verwacht dat ik veel van haar kan leren. Daarnaast hoop ik mezelf ook op andere vlakken te verbeteren”, aldus Nooijen. “Ik houd van een harde koers en deins niet terug voor lange sprints en het doen van lead-outs. Het is ook mijn ambitie om mezelf in de voorjaarsklassiekers te laten zien.”
Tijssen en zijn groep zijn dus klaar voor de volgende stap, waarbij het besef er is dat dat gepaard zal moeten gaan met hard werken. De ontwikkeling van het individu moet de basis vormen voor het teamsucces. “Dat doen we door op individueel niveau te kijken naar de behoeften en wensen van iedere atleet en zoveel mogelijk maatwerk te leveren. De vraag die we onszelf daarbij stellen – en die we de rensters ook voortdurend aan zichzelf laten stellen – is: wat moet ik vandaag doen om morgen beter te zijn? Er móet altijd groei zijn binnen een groep. Op alle fronten, zoals sporttechnisch als mentaal. Die groei start bij het individu, maar dient het teambelang.”
Dat moet uitmonden in samen winnen, beaamt Tijssen. “Winnen is belangrijk voor ons”, zegt hij. “Dat steken we niet onder stoelen of banken. We zijn immers een topsportploeg met bijbehorende ambities. Maar we realiseren ons ook dat je aan succes moet bouwen. Bijna dertig procent van onze rensters is jonger dan 23 jaar. We beschouwen hen als development-rensters en willen hun de gelegenheid geven om zich binnen ons team, in hun eigen tempo, te ontwikkelen tot sterke atleten die uiteindelijk op het allerhoogste niveau mee kunnen strijden. Voor deze rensters kan een toptienplek in een belangrijke wedstrijd ook ‘winst’ zijn.”
